Ma-vrij van 8 tot 21 uur. Za tot 17 uur

Spinale kanaalstenose

lumbale stenose, vertebrale kanaalstenose, foramen stenose

Wat is een spinale kanaalstenose?

Een vernauwing van het spinale kanaal noemen we ook wel 'spinale kanaalstenose (SKS)'. Dit is een aandoening waarbij het wervelkanaal en daardoor de doorgang van het ruggenmerg is vernauwd. Dit wordt meestal veroorzaakt door leeftijd en belastinggerelateerde veranderingen van de wervelkolom (= degeneratieve veranderingen).

De wervelkolom bestaat uit meerdere op elkaar gestapelde botstukken, de wervels. De wervels hebben in het midden een groot gat en in het verlengde van elkaar vormen deze gaten het spinale kanaal. Door dit kanaal lopen het ruggenmerg en de zenuwen. Dit kanaal zorgt voor bescherming en ruimte voor het ruggenmerg en de zenuwen, zodat deze ongestoord informatie van de hersenen naar de rest van het lichaam kunnen doorsturen. Elke wervel is verbonden met de wervel erboven en de wervel eronder via de tussenwervelschijven (= discus) en de facetgewrichten.

In dit artikel zullen we voornamelijk spreken over spinale kanaalstenose als gevolg van degeneratieve veranderingen. Het SKS kan ook optreden als gevolg van een lumbale discus bulging (hernia) of een spondylolisthesis.

Met de tijd neemt de kwaliteit van de wervelstructuren af en kunnen er degeneratieve veranderingen optreden in de wervelkolom. Deze veranderingen kunnen zijn: afname van de hoogte van de tussenwervelschijf, discus bulging, vermindering van gewrichtskraakbeen, osteoartritis/artrose, onnodige botaanmaak (= osteofyten), verdikken van ligamenten/banden en wervel- verschuivingen. Deze veranderingen kunnen een gevolg zijn van een specifiek incident/trauma of gradueel ontstaan. Wanneer deze veranderingen alleen of in combinatie optreden, kan dit resulteren in een vernauwing van het spinale kanaal. Hierbij spreken we dus van spinale kanaalstenose (SKS). Als deze aandoening verergert, kan dit leiden tot druk op het ruggenmerg met verschillende (hevige) klachten als gevolg. Een SKS kan op elke leeftijd optreden, maar wordt veel gezien bij mensen van 60 jaar en ouder.

Wat zijn de tekens en symptomen van een spinale kanaalstenose?

Een SKS gaat meestal samen met het langdurig (over)belasten van de rug en het ouder worden van het lichaam. Mensen met een blessuregeschiedenis van rugklachten of een trauma met letsel aan de wervelkolom lopen meer risico om deze aandoening te ontwikkelen. Spinale kanaalstenose kan zich gradueel ontwikkelen, maar kan ook door een specifiek incident worden getriggerd, zoals langdurig/herhaaldelijk: zitten, buigen, tillen of draaiende bewegingen. Bij deze voorbeelden is er schade aan een tussenwervelschijf met als gevolg een discus bulging/hernia in het spinale kanaal, kortom vernauwing van het spinale kanaal. Andere aandoeningen die kunnen zorgen voor vernauwing van het spinale kanaal zijn: spondylolisthesis, wervelfracturen, facetgewrichtsdegeneratie, reumatoïde artritis, osteofyten, tumoren of cystes. Bij een klein percentage van de patiënten spelen erfelijke factoren een rol. Men kan vanaf de geboorte een nauwer spinaal kanaal hebben, waardoor de kans op een SKS toeneemt. Het is belangrijk dat de oorzaak van de spinale kanaalvernauwing wordt gediagnosticeerd, aangezien niet elke problematiek hetzelfde behandeld dient worden.
Personen met deze aandoening ontwikkelen gradueel klachten. In minder ernstige gevallen zal een persoon met spinale kanaalstenose (als gevolg van degeneratieve veranderingen) weinig tot geen pijn of klachten ervaren. Wanneer de aandoening verergert, kan men lage rugpijn/stijfheid ervaren. In ernstige gevallen waarbij er compressie is van het spinale kanaal, kan er hevige pijn, spierspasme, schietende pijn, tintelingen, spierzwakte, voosheid en/of een brandend gevoel aanwezig zijn in de lage rug, billen, benen en/of voeten.
Over het algemeen kunnen de klachten worden uitgelokt door de wervelkolom langdurig of herhaaldelijk te strekken. Ook kunnen de klachten opspelen wanneer de wervelkolom met (lichaams)gewicht belast wordt (bijv. wandelen, lang staan en tillen). De klachten nemen meestal af wanneer men de wervelkolom rustig buigt (in bijv. zithouding) of het lichaam ontlast (door bijv. liggen).
Wanneer er sprake is van een SKS als gevolg van een discus bulging/lage rughernia, kunnen de uitlokkende en reducerende factoren tegengesteld zijn aan het bovenstaande stukje tekst. In dit geval zullen de klachten juist verergeren met langdurig of herhaaldelijk zitten en voorover buigen, en zullen de klachten verminderen bij het strekken van de wervelkolom. 
Bijdragende factoren aan het ontstaan van spinale kanaalstenose kunnen zijn: leeftijd (>40 jaar), overgewicht, blessuregeschiedenis met lage rugproblematiek, slechte houding, passieve levensstijl, fysiek zwaar werk, slechte 'core' stabiliteit, slechte tiltechnieken en erfelijkheid.

De diagnose spinale kanaalstenose kan worden gesteld door een fysiotherapeut of een arts. Een MRI-scan, RX-scan of CT-scan is meestal nodig om de diagnose te bevestigen en de onderliggende oorzaak aan te duiden.

Hoe wordt een spinale kanaalstenose behandeld?

Ook al kan men de degeneratieve veranderingen in de wervelkolom (als gevolg van leeftijd, belasting, etc.) niet meer terugdraaien, met goede fysiotherapeutische interventie kan het lichaam een goede balans bereiken. Veel patiënten met milde tot matige degeneratieve veranderingen met spinale kanaalstenose als gevolg, ervaren meestal weinig klachten wanneer zij weten hoe zij hun lichaam kunnen belasten. Ook wanneer er sprake is van ernstige SKS is er winst te behalen met levensstijlaanpassingen en specifieke oefentherapie. Wanneer de klachten echter dermate hevig zijn dat zij het dagelijks leven ernstig beperken, kan de neuroloog een alternatief of bijkomend behandeltraject opstarten om de klachten te verminderen/controleren.

Tijdens de fysiotherapeutische sessie kunnen verschillende behandelstrategieën worden aangeboden. Deze kunnen zijn: stretchen, gewrichtsmobilisaties, oefentherapie (flexibiliteit, kracht, houding en core stabiliteit), aanpassen van activiteiten, biomechanische correctie, medical taping, easy taping, etc. De fysiotherapeut werkt gecombineerd 'hands-on' en geeft advies en sturing in welke oefeningen het beste zijn voor de patiënt. Hierin is de samenwerking tussen de fysiotherapeut en de patiënt erg belangrijk. De klachten die tijdens activiteiten optreden, dienen niet genegeerd te worden. De patiënt dient voldoende kennis van zijn/haar lichaam te nemen, zodat de verkeerde beweegpatronen worden vermeden en het herstelproces niet belemmerd wordt. Samen met de fysiotherapeut zal een opbouwend behandeltraject worden opgesteld waarin de focus voornamelijk ligt op oefentherapie en het aanpassen van de levensstijl zoals houding, tiltechnieken en specifieke activiteiten. Het is belangrijk dat het lichaam terug in balans komt en men leert zijn/haar lichaam correct te belasten.